Volgend berichtje op LinkedIn trok onze aandacht en deed ons de vergelijking met België maken:
Carlo Douven• 2ndTeacher and author on international taxlaw, expats and pensions
“Geen BSN leidt niet altijd tot toepassing anoniementarief
Als een nieuwe werknemer geen BSN heeft moet bij de inhouding van de loonheffingen uitgegaan worden van het anoniementarief. Als de vertraagde afgifte van het BSN buiten de schuld van de werknemer/werkgever ligt is het anoniementarief op verzoek niet van toepassing.
Belastingdienst.nl, actueelbericht van 8 september 2022.
#belastingdienst #grensoverschrijdendwerken“
Dit bericht van collega Douven is erg interessant en doet ons afdwalen naar fiscale anonimiteit in België, en de kwalijke gevolgen hiervan. België kampt immers met heel wat problemen om mensen vanuit het buitenland in het belastingsysteem te krijgen. Fiscale anonimiteit kan een dossier snel doen ontsporen. Het equivalent van het Nederlandse BSN is het Nationaal Nummer, of bij gebrek hieraan een BIS-Nummer. Zonder zo’n nummer is men “fiscaal anoniem” en kan de fiscale machine onmogelijk draaien.
“België kampt immers met heel wat problemen om mensen vanuit het buitenland in ons systeem te krijgen”
Als er iets fout loopt met dit nummer, zal de terreur van de computers onverbiddelijk toeslaan. We tuimelen recht in de overtreffende trappen van Kafka in België. We gaan hier even wat dieper op in.
Wat zien we op eerste zicht: je hebt het nummer nodig om aan jouw verplichtingen te kunnen voldoen, maar het is aartsmoeilijk om een dergelijk nummer te bekomen. Je kan zo’n nummer als particulier immers nergens aanvragen. Iemand moet dit aan jou geven en enkel een beperkt aantal openbare diensten kan dit doen. Het is dus niet gemakkelijk om zelf een einde te stellen aan fiscale anonimiteit.
Kan je terecht bij de belastingdienst?: de wet zegt dat je een aangifte ontvangt op eenvoudig verzoek. Je meldt dus iemand aan bij de belastingdienst aan de hand van identiteitsdocumenten, maar ook zij kunnen zomaar geen nummer toekennen, want de belastingambtenaar heeft niet de bevoegdheid om een persoon officieel te identificeren. Dit gebeurt volgens hen door de gemeente, maar deze kan zomaar geen nummer maken voor bijvoorbeeld een partner van een belastingplichtige, die in het buitenland verblijft. Naar verluid is er al jaren discussie tussen Financiën en Binnenlandse Zaken over dit thema. Hier hebben we niet meteen een boodschap aan. Wie het nummer uitreikt maakt niet uit, zolang de anonimiteit maar opgeheven kan worden.
Waar leidt dit toe? koppels, waarvan maar één partner gekend is bij een Belgische gemeente en die dus een nummer heeft en de tweede niet (omdat deze in een ander land woont en werkt, wat perfect mogelijk is). En toch moeten ze samen een aangifte indienen. België is één van de weinige landen, waar gehuwden verplicht zijn om gezamenlijk een aangifte in te dienen. Om dit te kunnen doen moet elk van hen een Belgisch fiscaal nummer hebben.
Is dit erg? Je zou op eerste zicht denken van niet, maar de belastingdienst slaagt er niet in om voor dergelijke koppels een elektronisch dossier (Tax-on-Web) aan te reiken omdat er één nummer ontbreekt. Ze willen ook niet op papier een aangifte uitreiken wanneer je dit vriendelijk vraagt. Men weigert steeds vaker in te gaan op de vraag om op papier een aangifte uit te reiken. Hierdoor kan je het euvel in het computersysteem niet oplossen door eenvoudigweg terug te keren naar papier. Kortom, de overheid zelf belet het koppel om keurig aan alle fiscale verplichtingen te voldoen omdat men er niet in slaagt de fiscale anonimiteit van één van hen op te heffen.
“de belastingdienst opent in dergelijke gevallen in de regel een fiscaal dossier ‘alleenstaande’ op naam van één van beide partners, terwijl betrokkene zonder de minste twijfel gehuwd of wettelijk samenwonend is”
Wat zien we ook: de belastingdienst opent in dergelijke gevallen in de regel een fiscaal dossier ‘alleenstaande’ op naam van één van beide partners, terwijl betrokkene zonder de minste twijfel gehuwd of wettelijk samenwonend is. Men blijft dit doen, ook als je hen ervan informeert dat er een huwelijk of wettelijke samenwoning is. Men doet dit enkel omdat er een getalletje ontbreekt en de computer er dan de brui aan geeft. We spraken hierover onlangs met een hogere fiscale ambtenaar en bleven geschokt achter bij de onverschilligheid van betrokkene over alle verdere problemen, die hierdoor door de FOD zelf worden veroorzaakt.
Het kan zelfs nog erger: ook in dergelijke dossiers zien we Voorstellen van Vereenvoudigde Aangifte (VVA): dus de belastingdienst maakt zelf een (fout) voorstel van aangifte en als men dit niet snel (voor 15 juli) ontdekt en corrigeert, dan wordt dit voorstel automatisch gelijkgesteld met een ingediende belastingaangifte. Elk jaar ontmoeten we mensen, die zelfs niet beseffen dat er zelfs maar een VVA voor hen werd uitgereikt. Vaak ontdekken we dit te laat en is men machteloos om het dossier nog op eenvoudige wijze gecorrigeerd te krijgen. De termijn om op het VVA te reageren is immers ongemerkt voorbij gegaan.
De meeste aanslagen, die in dergelijke dossiers gevestigd worden, zijn fout. Toch produceert de overheid onverstoorbaar dit soort aanslagen aan de lopende band. De burgerlijke staat is immers een fundamentele parameter in een Belgisch belastingdossier en speelt een grote rol bij de belastingberekening. Dit zou in wezen niet mogen omdat belastingen neutraal zouden moeten zijn naar samenlevingsvorm toe, maar niets is minder waar. Zelfs in het gezegende jaar 2022 is er omwille van de enorme complexiteit van ons systeem van dergelijke fiscale neutraliteit nog lang geen sprake.
Veel mensen hebben niet de fiscale kennis om dergelijke fouten te detecteren. Het rechtzetten van dit soort fouten wordt bovendien al snel een ware calvarietocht: naast het oplossen van het probleem van de fiscale anonimiteit van de ongekende partner zien we grote onwil om correcties allerhande door te voeren wanneer men hierom verzoekt. Belastingambtenaren staan onder druk om supplementaire belastingen te vestigen en lijken ontmoedigd te worden om correcties in het voordeel van de mensen door te voeren. Al snel begint er een verhaal van moeilijke bewijsvoering van allerhande zaken: kinderen ten laste die in het buitenland verblijven, bepalen van de fiscale woonplaats van een gezin, omgaan met buitenlandse onroerende goederen en inkomsten, toepassing belastingverdragen, discussies over huwelijksquotiënten. Het houdt niet op…
“Moet de belastingplichtige dan opdraaien voor de gevolgen? blijkbaar wel”
Moet de belastingplichtige dan opdraaien voor de gevolgen? blijkbaar wel: teveel belasting aangerekend krijgen dan wel boetes en straffen riskeren wegens foutieve aangifte (ook bij een VVA, waar het de belastingdienst zelf is, die de fouten heeft veroorzaakt). Wie betaalt de adviseur, die moet helpen om alle fouten (niet zelden met veel moeite en tijdverlies) recht te zetten?
Dit merkwaardige verhaal is nu al meerdere jaren aan de gang en blijkbaar is men van overheidswege niet in staat om dit banale probleem eindelijk een keer ernstig te bekijken en op te lossen. Het aantal foute aanslagbiljetten stapelt zich intussen rustig verder op.