We zijn nu druk bezig met de aangifte personenbelasting over inkomsten 2011, in fiscale termen het aanslagjaar 2012. Toch durven we al een keertje vooruit te blikken naar wat ons te wachten staat voor aanslagjaar 2013.
De jarenlang bestaande plannen rond fiscale vereenvoudiging werden eind 2011 doorkruist door een aantal belastingverhogende maatregelen. Dit omvat een verhoging van het algemeen tarief van de roerende voorheffing van 15 % naar 21 % en daar bovenop nog de invoering van een superheffing van 4 %. Het was de bedoeling om met de superheffing enkel vermogende landgenoten te treffen, doch de kostprijs om dit te realiseren is een niet onbelangrijke toename van de complexiteit van de belastingaangifte. Alle fiscale maatregelen, die sterk viseren op een bepaalde doelgroep gaan onvermijdelijk gepaard met toenemende complexiteit om de doelgroep af te lijnen ten te bereiken.
Het schitterende principe van de bevrijdende roerende voorheffing, waardoor roerende inkomsten niet meer verplicht in de aangifte dienden te komen (uiteraard op voorwaarde dat de voorheffing effectief toegepast was) werd immers ook meteen afgeschaft. De bevrijdende roerende voorheffing was een meesterwerk van fiscale vereenvoudiging ten gunste van de belastingplichtige. De afschaffing ervan laatste treft niet enkel de rijkere Belgische ingezetenen, doch gewoonweg alle belastingplichtigen. Ook voor de fiscale administratie was de bevrijdende roerende voorheffing een zegen omdat de controle van de roerende inkomsten sterk vereenvoudigd werd. Ook dit behoort nu tot het verleden.
In deze bijdrage geven we alvast de ‘overzichtstabel’ even weer van alle mogelijke situaties. Hieruit blijkt in eerste orde dat de wetgever nagelaten heeft om het tarief van de voorheffing te harmoniseren. Dit gaat nu van 0 naar 25% en enkel professionals kunnen de nuances van alle tariefverschillen doorgronden.
Daarna komt het verhaal van de berekeningsbasis om te bepalen of de roerende inkomsten van de belastingplichtige al dan niet het grensbedrag van 20.020 € (jaarlijks geïndexeerd) bereikt. Dit is nodig om te bepalen of men al dan niet op het spelterrein van de superheffing terecht komt. Dit is een oefening waar iedereen door moet.
Eens men vastgesteld heeft dat de superheffing inderdaad aan de orde komt, dient een tweede fase in de berekening aangevat te worden, meer bepaald deze van de superheffing zelf. Opnieuw moet men de hele beleggingsportefeuille overlopen en per inkomenscomponent bepalen of de heffing al dan niet moet worden toegepast, zodat men de juiste belastbare basis kan gaan samenstellen.
Tabel superheffing | ||||||
Soort belegging |
% roerende voorheffing |
Berekeningsbasis grens |
superheffing 4% |
|||
Spaarrekening <1830 € |
0 |
NEE |
NEE |
|||
Spaarrekening >1830 € |
15 |
JA |
NEE |
|||
Gewone staatsbon |
21 |
JA |
JA |
|||
Staatsbon ‘Leterme’ |
15 |
NEE |
NEE |
|||
Termijnrekening |
21 |
JA |
JA |
|||
Obligaties |
21 |
JA |
JA |
|||
Aandelen |
25 |
JA |
NEE |
|||
Coöperatieve aandelen | ||||||
– vrijgestelde 180 |
0 |
NEE |
NEE |
|||
– > 180 |
25 |
JA |
JA |
|||
Liquidatiebonus |
10 |
NEE |
NEE |
|||
Uitkeringsfondsen |
21 of 25 |
JA |
JA indien a 21% |
|||
Kapitalisatiefondsen* | ||||||
<25% vastrentend |
0 |
NEE |
NEE |
|||
>25% vastrentend |
21 of 25 |
JA |
JA indien a 21% |
|||
Tak 21 verzekering | ||||||
< 8 jaar |
21 |
JA |
JA |
|||
> 8 jaar/ premie ** |
0 |
NEE |
NEE |
|||
Tak 23 verzekering | ||||||
< 8 jaar |
21 of 25 |
JA |
JA |
|||
> 8 jaar/ premie ** |
0 |
NEE |
NEE |
|||
Vastgoedbevaks | ||||||
– residentieel |
0 |
NEE |
NEE |
|||
– andere |
25 |
JA |
NEE |
|||
Intellectuele rechten |
15 |
NEE |
NEE |
|||
*Uitz: fondsen zonder Europees paspoort.Vb: fondsen met kapitaalbescherming | ||||||
** premie levensverzekering van meer dan 130% | ||||||
Uit dit alles kunnen we al zeker concluderen dat dit jaar het laatste jaar is van de vereenvoudigde aangifte personenbelasting met toepassing van de bevrijdende roerende voorheffing. Het zal zeker de boodschap zijn om aan het einde van het jaar keurig alle fiscale bescheiden van de financiële instellingen (en andere bronnen van roerende inkomsten) te verzamelen en tijdig te beginnen aan de verwarrende rekenoefening ter voorbereiding van de aangifte.
Jan Lambrechts, met dank aan de bijdrage van Monique De Cat, Taksidee (tabel)